Spelregelboekje

Ik herinner me nog een oud spelregelboekje dat ik in mijn jeugd van kaft tot kaft heb doorgenomen. Ik heb me er in de voorbereiding voor deze column wezenloos naar gezocht, maar ik vrees dat het boekje de overlevingstocht van verhuizing naar verhuizing niet heeft doorstaan, hetzij een vlaag van opruimwoede van mijn vrouw niet heeft overleefd. Ik kon het illustere werkje in ieder geval nergens meer terugvinden. Ik sluit overigens ook niet uit dat mijn zoon, tijdens de Heraclidische opruiming van de Augiasstal die ik werkkamer noem, het boekje alsnog ergens zal opdiepen. Maar daar heb ik nu uiteraard niets aan.
Geen afbeelding dus van het fraaie gedateerde kaftje dat ik ter illustratie wilde gebruiken, want ook op het internet bleek het werkje onvindbaar… ‘Zo leer je voetbal’ heette het door de KNVB geautoriseerde werkje naar ik me meen te herinneren. Aan de hand van fraaie tekeningen die aan de illustere Kick Wilstra strips deden denken, werden de spelregels van de edele voetbalsport duidelijk gemaakt. Spelers met knielange broeken, shirts met kraagje, hoge zwarte schoenen en steevast getooid met een fraaie pommadekuif, die in diverse standen en posities het wel en vooral ook niet demonstreerden van de regels die het voetbal speelbaar dienden te houden.

Met weemoed denk ik vandaag de dag nog wel eens aan zo’n boekje terug. Vandaag de dag zou zo’n boekje kansloos zijn… Tegen de tijd dat de drukinkt droog is, zijn de spelregels alweer veranderd. Het lijkt wel alsof de arbitrage in een vrije val van regelgeving is beland. Ik heb medelijden met de fluitende en vlaggende gemeenschap die dit maar allemaal bij moet houden en er zo ongeveer een avondstudie voor moet volgen om de laatste wijzigingen bij te kunnen benen. Anderzijds worden ze dan vervolgens geconfronteerd met de onwetende supportersmassa die met louter onbegrip en agressie op hun – volgens de nieuwste regels volstrekt correcte – beslissingen reageren.
Neem bijvoorbeeld de buitenspelregel. Ik stam nog uit de tijd dat een speler die voorbij de voorlaatste verdediger werd aangespeeld ‘gewoon’ buitenspel stond. Al stond ie bij de cornervlag zijn veters te strikken, buitenspel was buitenspel. Einde discussie.
Maar dan nu de regel: de speler moet ‘hinderlijk’ buitenspel staan, aan het spel deelnemen en voordeel trekken uit zijn buitenspelpositie. De grensrechter mag dan ook nog eens pas vlaggen als hij ook daadwerkelijk aangespeeld wordt of aan het spel gaat deelnemen. Er was zelfs een situatie mogelijk dat als dat balbezit weer op eigen helft plaatsvindt, dat de vrije trap dan ook dáár genomen moet worden.
“…met de stripboekjes van Kick Wilstra werden de spelregels van het voetbal duidelijk gemaakt…”
Ook dient het buitenspel in één en dezelfde spelsituatie te worden beoordeeld. Klinkt allemaal heel redelijk, maar alle duidelijkheid voor het publiek is verdwenen en de arme grensrechter die het waagt zich aan de regels te houden en zijn vlag naar beneden houdt tot de speler in overtreding ook daadwerkelijk aan het spel gaat deelnemen, die krijgt de hoon van het publiek over zich heen – en bleef het dan maar bij die hoon…

Zo’n grensrechter moet al hollend toch wel een fotografisch geheugen en een wiskundeknobbel hebben om dit nog correct te kunnen beoordelen. Daarbij moet ook tussen neus en lippen de hinderlijkheid van de situatie ook nog eens beoordeeld worden. Waar ik op televisie minstens vier vertraagde herhalingen uit verschillende hoeken nodig heb wil ik ook maar in de buurt van een gewogen oordeel komen, moeten deze dapperen die beslissing in een split-second nemen. Nu ben ik breed inzetbaar in de voetballerij, maar fluiten en vlaggen horen daar dus nadrukkelijk niet bij.
Nog erger wordt het als de VAR een rol gaat spelen en met rode en blauwe lijnen tot op de millimeter wordt uitgemeten of die aanvallende neus nou verder was dan die verdedigende schouder.
“…ik ben breed inzetbaar in de voetballerij, maar fluiten en vlaggen horen daar dus niet bij…”
Voor mijn gevoel schiet dat gemillimeter zijn doel volledig voorbij: de VAR moet in mijn optiek gewoon de écht grove missers van de arbitrage corrigeren, maar verder bij twijfel gewoon door laten spelen. Die paar centimeter maken echt het verschil niet, maar worden nu door de verdedigende partij misbruikt als een soort nooduitgang om aan een tegengoal te ontkomen.
Momenteel is de discussie over al dan niet hands een hot item. Inmiddels hebben nu meen ik de derde spelregelwijziging in zo ongeveer evenveel maanden voor onze kiezen gekregen en geen mens die er nog een touw aan weet vast te knopen. Voetbalpraatprogramma’s vullen zich meer en meer met discussies over de rechtvaardigheid van de arbitrale beslissingen. Het publiek in totale verwarring achterlatend.
Volstrekt onrechtvaardig wordt het als er ook gele en rode kaarten getrokken worden na volkomen onopzettelijke handsballen. Dat je dan een penalty geeft is te billijken: de loop van het spel is immers onreglementair beïnvloed. Maar als een speler er niets aan kan doen, dan slaat dat geel of rood toch eigenlijk helemaal nergens meer op? Een straf geef je voor een bewuste overtreding, niet voor iets waar je feitelijk part noch deel aan hebt. Ik zie nu aanvallers bewust mikken op armen van tegenstanders. In plaats van geel wegens spelbederf voor de aanvaller volgt er dan geel voor die arme verdediger die van twee meter spijkerhard een bal op de arm geschoten krijgt. Ik zie daar dus echt de rechtvaardigheid niet van in…
De wildgroei aan regelgeving vanachter de diverse UEFA en FIFA-burelen heeft een onoverzichtelijke spaghetti van onnavolgbare regels opgeleverd. Met weemoed denk ik dan terug aan dat antieke spelregelboekje, toen de regels nog overzichtelijk en te bevatten waren. Regels, gevangen in zwart-witte tekeningetjes, spelers die zich nog uitleefden in de pure spelvorm die het voetbal ooit was.
Ik word gewoon een ouwe zeur, denk ik…