Roy Versluis is nog lang niet klaar als trainer

Het geluid van Whatsapp op de telefoon van Roy Versluis en de ringtoon op de mijne kwamen vrijwel tegelijkertijd binnen. De obers waren in Laapershoek al een tijdje vervangen door de zogenaamde nachtwacht, die ons zo nu en dan van een goed glas bier voorzag. Beider partners vroegen zich zo langzamerhand af, waar hun manlieven bleven en een blik op de horloges leerde dat het inmiddels al ruim over 1 uur was. In de nacht…
‘Het is mij veel meer waard, als ik bij een club word herinnerd als een trainer, die als mens ook een toegevoegde waarde heeft gehad.’
Het interview had ik zorgvuldig voorbereid, maar na enkele minuten was ik de rode draad al kwijt. Versluis’ visie over voetbal, zijn kennis en enorme netwerk in het amateurvoetbal in combinatie met zijn aanstekelijke enthousiasme, vormden de voedingsbodem voor een onderhoudende dialoog van bijna vijf uur.
Versluis eet, drinkt en ademt voetbal en is continue bezig zich als trainer in al zijn facetten te verbeteren. Niet dat hij onzeker is in de uitvoering van zijn ‘vak’. Integendeel, je moet met goede argumenten komen wil je hem van mening doen veranderen. Maar de honger naar verbetering en innovatieve snufjes om het team beter te laten functioneren, creëert een belangrijke bron voor zijn intrinsieke motivatie om alles uit het trainersvak te halen wat er in zit. Een belangrijke stap in deze is het onlangs behaalde diploma TC1 (Trainer-Coach 1, ook wel UEFA A. De trainer-coach met een UEFA A-opleiding kan werkzaam zijn bij een BVO als assistent-trainer en/of trainer-coach van de beloften. De opleiding wordt georganiseerd door de KNVB Academie te Zeist; red.).
‘Een pittig traject. Op maandag aanwezig op de cursus, dinsdagavond training selectie SV Loosdrecht, woensdagavond voor de cursus op het veld bij Zeeburgia, donderdagavond wederom training bij selectie SV Loosdrecht, vrijdagavond vrij. Zaterdag coach bij SV Loosdrecht 1 en op de zondag assistent-coach bij Zeeburgia. Doordeweeks ben ik nog werkzaam als salesmanager bij Creditforce en o ja, ik heb ook nog een gezin.’ Een waar huzarenstukje.
Dit lijkt op topsport
‘Ja, dat zou je zo zeggen, maar ik vond de cursus geweldig. Sterker nog, ik heb geen dag gemist. Er wordt veel gezegd en geklaagd over de KNVB, maar de cursus TC 1 zit echt goed in elkaar. De informatie en stof, die we als cursisten kregen aangereikt, was bijzonder interessant en zeer leerzaam en confronteerde je toch wel als trainer met de verschillen qua werkwijze en mogelijkheden in de amateur- en BVO-top en het niveau waarop we bijvoorbeeld hier in Hilversum en omstreken bezig zijn. Zo liet Marcel Keizer met beelden zien wat hij van een speler per positie verwacht. Heb met open mond zitten kijken en luisteren. Leerzaam was ook hoe je doelen moest stellen en vooral de wijze waarop je deze wilt bereiken. Vaak zijn de doelen alleen haalbaar in verschillende fases en trainingen. Maar nog belangrijker: hoe pas ik de trainingen aan, wanneer de bedoeling niet goed wordt begrepen of uitgevoerd. Door afwezigheid vanwege blessures of vakanties, wat vaak op ons niveau het geval is, maakt van een training weer een behoorlijke uitdaging.’
‘Zeeburgia was voor mij een prima stageplek. Hoe je het ook wendt of keert, het is beslist geen doorsneeclub. Als je nagaat dat er vorig seizoen tientallen talenten naar een BVO zijn gegaan, dan heb je het echt over een talentenfabriek. De spelers gaan er altijd vol gas. Wat betreft wedstrijdinstelling van spelers, heb je daar als trainer niet te klagen. Jongens, die de wetten van de straat kennen, laten zich het kaas niet van het brood eten. De kennismaking en omgang met de clubcultuur van Zeeburgia en de wedstrijd- en trainingsbeleving, was voor mij eigenlijk een bonus in de cursus. Ik kreeg ook veel vrijheid en verantwoordelijkheden met betrekking tot het eerste team, zoals het doen van de wedstrijdbespreking. Ik kijk met veel voldoening terug op de cursus.’

De trainer Roy Versluis
Iedere trainer heeft zijn eigen handtekening. De selectie van SV Loosdrecht bevat opvallend veel spelers met een behoorlijke technische bagage.
‘Dat klopt inderdaad. Naast het feit dat ik als trainer natuurlijk bezig ben met het resultaat, ben ik ook liefhebber. Ik hou van dat soort voetballers, die vaak ook een eigenzinnig karakter hebben. Maar ondanks dat ik tijdens de wedstrijd qua coaching bezig ben met het goed functioneren van mijn eigen team, kan ik ook genieten van de tegenstander of een speler van dat team, die bijzondere dingen laat zien. De bekerwedstrijd tegen FC Abcoude (5-5) of de 4-6 overwinning op Almere vorig seizoen, daar zaten van weerskanten prachtige doelpunten bij. Zou toch zonde zijn als je daar geen oog voor zou hebben? Uiteraard kom ik daar wel op terug bij de wedstrijdbesprekingen. Voordat ik daarmee begin, vind ik dat je als trainer altijd eerst bij jezelf moet beginnen. Zonder zelfreflectie kun je je immers als mens en trainer nooit ontwikkelen. Bovendien moet je altijd geloofwaardig blijven voor jezelf en de spelersgroep. Uiteraard zijn er momenten geweest, waarin je het team – achteraf gezien – niet goed hebt beïnvloed.‘
Voorbeeld?
‘We hebben vorig seizoen in de winterstop een prima voorbereiding gedraaid. Trainingskamp in Valencia, lekker getraind, de teamspirit was fantastisch. Goede gesprekken met spelers gehad. De eerste wedstrijd na de winterstop was thuis tegen Victoria, toen nog koploper en bovendien betrof het een onvervalste derbykraker. Het team was fysiek en mentaal optimaal voorbereid. (De leden van de Technische Commissie, die deze wedstrijdbespreking hadden bijgewoond, vertelden mij, dat ze nog nooit zo’n goede wedstrijdbespreking hadden meegemaakt; ML.) Kortom, niets stond een optimaal resultaat in de weg. Lang verhaal kort: we werden op gebied van techniek, tactiek en wedstrijdinstelling op alle fronten afgetroefd en met een 2-0 achterstand gingen we na 45 minuten de kleedkamer in. Het voelde ook als een regelrechte vernedering. De teleurstelling voerde bij mij de boventoon, hoe was dit na zo’n voorbereiding toch in hemelsnaam mogelijk? Ik zat te hoog in mijn emotie en legde naast de tactische aanwijzingen teveel de nadruk op hun eergevoel en hamerde behoorlijk op hun wedstrijdinstelling. Gevolg was dat vroeg in de tweede helft één van mijn spelers een grove overtreding beging en direct rood kreeg. Wedstrijd gespeeld. Dat trek ik mij persoonlijk aan en was voor mij ook een belangrijk leermoment. Gaat me niet meer overkomen!’
‘Spelsystemen zoals 4-3-3, 4-4-2, 5-3-2, 3-4-3, 4-3-2-1 zijn niet mijn eerste prioriteit als ik met een spelersgroep aan de slag ga. Looplijnen, spelsystemen “inslijpen”? Schei toch uit. Waar het om gaat is dat je als trainer in het team de kwaliteiten van de spelers goed op elkaar laat aansluiten. Welke spelers passen goed bij elkaar, welke kwaliteiten van spelers zijn complementair. Dit geldt niet alleen voor koppeltjes in het veld, maar ook voor de diverse linies, denkend in zowel verdediging, middenveld en aanval als de linker-en rechterflank en de as. Als de kwaliteiten goed aansluiten is de volgende stap dat de spelers in dezelfde volgorde (lees: linies) elkaar gaan leren begrijpen, waardoor je uiteindelijk ook het spelsysteem gaat kiezen wat het beste bij het team past. In feite hanteer ik de omgekeerde volgorde. Niet beginnen met een spelsysteem en spelers in dat keurslijf persen, omdat de trainer dat nu eenmaal een fijn systeem vindt, maar het spelsysteem uiteindelijk af laten hangen van het eerder beschreven proces.’
Wedstrijdbespreking en externe scouting
De wedstrijdbespreking presenteer ik met Powerpoint en ik probeer met foto’s en beelden duidelijk te maken, waar de problemen en kansen liggen voor de komende wedstrijd. Dit seizoen maak ik gebruik van het video-analysesysteem van Nacsport (New Assistant for Coach Sport). De thuiswedstrijden worden nu bij ons gefilmd en na de wedstrijd ga ik bij thuiskomst er meteen mee aan de slag. De analyse wordt uiteraard niet alleen bij de volgende wedstrijdbespreking besproken, maar zal indien nodig ook worden gebruikt als leidraad voor de trainingsvoorbereiding van de komende week. Met de wedstrijdbespreking gebruik ik ook de informatie, die ik van de tegenstander heb. Vorig seizoen hadden we een trainersclubje, bestaand uit Stijn van’t Hooft (Victoria), Richard Beekink (De Meern zaterdag) en Harry Buur (JSV Nieuwegein), waarin we onderling informatie uitwisselden over de tegenstanders in de competitie. Overigens hebben we altijd jaarlijks een etentje met zijn vieren, met maar één gespreksonderwerp, ha ha ha.’
Versluis leest wanneer mogelijk alles op internet en social media over tegenstanders. Hij bezoekt, als hij in de gelegenheid is, de wedstrijden van de voor hem interessante teams. ‘Door dit alles ben ik doorgaans redelijk goed op de hoogte van de kwaliteiten van de tegenstanders en hun spelers. Informatie die ook zinvol kan zijn met betrekking tot inventarisatie en samenstelling van de selectie, waarmee ik een volgend seizoen wil werken. Door de jaren heen heb ik op deze wijze een behoorlijk netwerk opgebouwd, waarmee de club, waar ik werkzaam ben, zijn voordeel kan doen.’

SV Loosdrecht
“Na de voorbereiding van vorig seizoen was er alle reden tot optimisme. Het spel, oefen-en bekerresultaten waren prima, maar in de competitie wilde het niet vlotten. Ondanks het feit dat als we de helft van de vele kansen hadden benut er rianter voor zouden staan, werd het wel duidelijk dat de selectie niet in balans was. Teveel spelers speelden in de bal en hoewel deze spelers individueel makkelijk één of meer tegenstanders konden uitspelen was er weinig tot geen diepgang.”
De resultaten en het grillige vertoonde spel ( van oogstrelend tot zeer matig ) zorgden voor een morrende achterban en ontevreden spelers. Het bracht Versluis tot de conclusie dat het roer rigoureus moest worden omgegooid. Verhelderende gesprekken met spelers, harde beslissingen en het omzetten van spelsysteem naar 4-4-2 brachten de ommekeer.

“Achteraf kan je zeggen dat ik te lang heb gewacht en te lang vertrouwen heb gehad dat het goed zou komen. Ook dit is een leermoment voor me, dat ik best eerder rigoureus zou moeten kunnen ingrijpen. Hoe dan ook, het spel en resultaten vertoonden een opgaande lijn en het scheelde maar een haartje dat niet Victoria, maar Loosdrecht in de nacompetitie zou zijn gekomen en het was zeker niet ondenkbaar, dat wij in die huidige vorm ook nog promotie hadden bewerkstelligd! Dat zou wat geweest zijn!”
“Doel was om dit seizoen de selectie meer in balans te brengen en ik denk dat dat met onder meer de komst van Jordi Stins ( De Meern zondag ) als diepgaande 10 en routinier Jannis Karafillakis ( ex Cambuur en TOP Oss ) ook gelukt is. Het moet mogelijk zijn om samen met FC De Bilt, Veensche Boys, Delta Sports en wellicht FC Almere voor promotie te gaan. Is sv Loosdrecht klaar voor de eerste klasse? Dat is een goede vraag. In sportieve zin is dat natuurlijk afhankelijk hoe het team zich doorontwikkelt en de samenstelling en niveau van de selectie in dat seizoen. Van het huidige niveau van de A jeugd kan je niet verwachten dat zij moeiteloos zich zullen aanpassen aan het tweedeklasse niveau, laat staan aan die van de eerste klasse. Maar dat geldt uiteraard ook voor de organisatie binnen de club. Spelersvergoedingen zullen qua hoogtes maal aantal spelers steeds meer een rol gaan spelen. In hoeverre kan en wil de club hier in mee? Past dat wel in de cultuur en visie van de club? Dat zijn mogelijke zorgen voor morgen. Eerst maar eens dit jaar er een mooi seizoen van maken.”
Toekomst
‘Voor mezelf heb ik er bewust voor gekozen bij te tekenen bij SV Loosdrecht, omdat ik weet dat de rek nog lang niet uit de groep is. Ik realiseer me dat promotie dit seizoen het doel moet zijn.’
Als dat lukt, ben je dan volgend seizoen nog steeds trainer van SV Loosdrecht?
‘Dat is nog ver weg. De club moet verder met míj willen, zelf moet ik het nog naar mijn zin hebben en het niveau van de selectie moet zodanig zijn, dat ik voldoende perspectief zie om er mee aan de slag te gaan. Uiteraard wil ik op termijn met mijn TC 1-diploma op een hoger amateurniveau werkzaam zijn. Maar het belangrijkste vind ik dat ik als mens bij de club en en de club bij mij moet passen. Het is leuk als op je trainers-CV promoties en kampioenschappen prijken, maar het is mij veel meer waard, als ik bij een club wordt herinnerd als een trainer, die als mens ook een toegevoegde waarde heeft gehad.’
De nachtwaker komt rond 1:20 vermoeid aangestrompeld en vraagt of we nog wat willen drinken. De telefoons van beider ega’s ondernemen – alsof de duvel er mee speelt – weer actie via de app en ringtone. Het stereotiepe, geconditioneerde antwoord van mannen ‘we komen er aan!’ komt er (te) vlot uit.
‘Wat denk je, nemen we er nog één?’ De brede grijns op het gezicht van Roy Versluis spreekt boekdelen. Het was weer een mooie voetbalavond!